Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.

Zoeken  Genre 

 TitelAuteurDatum
De garage John Banville 22/04/2024
Constant Permeke J. Declercq en I. Gheeraert (red.) 22/04/2024
Alle rafelranden van Europa. De geschiedenis van Europa en zijn buren Ivo van de Wijdeven 22/04/2024
De woordenaar. Christoffel Plantijn, ’s werelds grootste drukker en uitgever. Een biografie Sandra Langereis 22/04/2024
De zus. Het verhaal van het meesterbrein achter Kim Jong-un Sung-Yoon Lee 22/04/2024
Styx Bavo Dhooge 22/04/2024
Tragedies. Vertaald en toegelicht door Patrick Lateur Aischylos 15/04/2024
De mooiste geschiedenis van België. Het verleden van een land door de ogen van de grootste schilders Jos Vandervelden 15/04/2024
De ontdekking van Holland Jan Brokken 15/04/2024
Verdwenen stad. Hoe de Joodse bevolking met de tram uit Amsterdam werd gehaald Willy Lindwer en Guus Luijters 15/04/2024
Door Duitse puinen Bert Cornelis 15/04/2024
Inspired by Dudok. De 50 beste werken in zijn stijl ter wereld Joke Reichardt en Peter Veenendaal 15/04/2024
Erfgoed op de vlucht. Duitse bezetters, Vlaamse meesterwerken, een Waals kasteel Bert Govaerts 15/04/2024
Man van vele oorlogen Jonas Boets 15/04/2024
Het sneeuwklokjesbos Annejet van der Zijl 15/04/2024
De uitbreiding. Roman (vert. Wil Boesten) Robert Menasse 15/04/2024
De prijs van de twijfel Jo Claes 15/04/2024
De meisjes van de katoenfabriek (vert. Edith Sybesma en Neeltje Wiersma) Susanna Alakoski 15/04/2024
Romeinse kruisiging Ruben van Wingerden 15/04/2024
KZ-syndroom. Een litteken dat nooit verdwijnt Henri Heimans en Dirk Verhofstadt 15/04/2024
12345678910...Laatste

De republiek of de dood. Philippicae en brieven. Vertaald en toegelicht door John Nagelkerken

Cicero
De republiek of de dood. Philippicae en brieven. Vertaald en toegelicht door John Nagelkerken
Athenaeum - Polak & Van Gennep, 2020, 412 blz., EUR 29,99
ISBN: 9789025310714

Wellicht de meest beschreven periode van de Romeinse geschiedenis, misschien wel van de hele oudheid, is de eerste eeuw voor Christus, waarin de Oude Republiek overgaat in de keizertijd. Wie in de materie geïnteresseerd is, heeft waarschijnlijk al veel leesvoer op de plank staan. Rubicon van Tom Holland is heel bekend, maar veel auteurs hebben zich aan een relaas van de gebeurtenissen gewaagd, waarbij ze al dan niet focussen op een bepaalde periode: de opkomst en ondergang van Caesar, Octavianus die zijn principaat uitbouwt of een overzicht van de hele eeuw.                               
Dat er zo veel lectuur voor handen is, heeft niet alleen te maken met het belang of het opwindende karakter ervan, maar ook met het overgeleverde bronnenmateriaal. Eén van de hoofdverantwoordelijken daarvoor is Marcus Tullius Cicero: advocaat en redenaar, actief als filosoof, maar ook als politicus, verdediger van de oude republiek waar de Senaat de lakens uitdeelde. John Nagelkerken focust in De Republiek of de dood op een heel korte periode, van 15 maart 44 tot 27 juli 43 voor Christus, en hij pakt het anders aan. Mochten schrijvers regisseurs zijn, dan waren de meeste boeken documentaires waar een vertelstem de gebeurtenissen beschrijft. Dit boek neemt een andere vorm aan, een waarbij de hoofdpersonage zelf aan het woord komt, soms als in een interview, soms op archiefmateriaal van publieke optredens. Tussen die fragmenten houdt een voice-over ons bij de les of verbindt die de verschillende eindjes aan elkaar.                   
We lezen in Cicero’s persoonlijke brieven (aan zijn vriend Atticus, aan andere kennissen, soms van anderen die in hetzelfde corpus zijn overgeleverd) hoe hij de situatie vlak na de dood van Caesar inschatte en hoe hij actief probeert de gebeurtenissen naar zijn hand te zetten, onder meer door de jonge Octavianus te bewerken, die Caesar onverwachts in zijn testament als opvolger aanduidde. We zien hem echter ook aan het werk in de Senaat, waar hij uitvaart tegen Marcus Antonius. Nooit vies van wat zelfoverschatting noemt hij die de Philippische redevoeringen, waarmee hij zichzelf vergelijkt met Demosthenes en impliciet ook Antonius met Philippos van Makedonië gelijkstelt.                         
Waar Cicero niet aan het woord is, houdt John Nagelkerken het kort en to the point. De inleiding is helder en goed en tussen de brieven en redevoeringen door worden de omstandigheden en belangrijkste personages geschetst. Ook de vertaling is helder, al houdt hij zich wel aan de lange en soms complexe periodes die Cicero hanteert, maar die, zeker in de redevoeringen, zo kenmerkend zijn voor zijn stijl. In voetnoten wordt verder uitgeweid over allusies die die voor ons niet meer duidelijk zijn of wordt extra info verstrekt.                                                 
Het mooie aan deze manier van werken is dat het meer beklijft dan een pure beschrijving kan doen. Als je weet hoe het afloopt, lezen Cicero’s loftuitingen op Octavianus zeer wrang. In zijn laatste brief, aan Brutus die op dat moment in Griekenland zit, voorvoelt hij al dat het de verkeerde kant opgaat: Octavianus is iemand met karakter, maar op een plooibare leeftijd. Hij hoopt dat de republiek er geen spijt van zal hebben dat hij hem probeerde te begeleiden. En half jaar later zaten Octavianus en Antonius in Bologna bijeen en stelden ze een lijstje op van personen die een alliantie tussen hen beiden in de weg stonden. Antonius wou zijn nemesis weg, en Octavianus bleek inderdaad plooibaar. Cicero zwierf toen al een tijdje van landgoed naar landgoed, nog naarstig schrijvend aan zijn laatste filosofische traktaten, maar werd op 7 december in Caieta door een gewapende groep om het leven gebracht. De republiek of de dood? Het werd voor Cicero het laatste, al bleek ook het eeuwige leven voor hem weggelegd.

[Dieter Wildemauwe - 14/09/2020]