In het najaar 2001 richtten Eva Cossée en Christoph Buchwald, samen met Wil Hansen, uitgeverij Cossee op, ‘een nieuwe, onafhankelijke literaire uitgeverij’. De eerste boeken verschenen in het voorjaar van 2002. Mireille Berman vroeg nu aan een aantal sleutelfiguren – 15 in totaal – uit het literaire veld in Nederland en Vlaanderen naar de relevantie van een onafhankelijk literair huis in de 21ste eeuw. In haar inleiding noteert Berman: ‘Uitgeverij Cossee is begonnen als een ambitieus waagstuk. (…) Het enthousiasme voor kunst en cultuur werd herkend en omarmd door werknemers, auteurs, vormgevers, drukkers, de boekhandel, de partners in Vlaanderen en de lezers.’ (p. 13) De titel van het hommageboek aan de uitgeverij is ontleend aan de bijdrage van Marjolein de Vos: ‘Sommige dingen zijn in zichzelf waardevol, ook als er geen miljoenen mee verdiend worden, op dezelfde manier, maar dan anders, als boerenzwaluwen ertoe doen (…). Omdat ze bestaan, omdat wij ze ondergaan.’ (p. 80) Rode draad doorheen de bijdragen is de aparte status van uitgeverij Cossee. Menno Hartman vat het zo samen: ‘Een echte uitgever is geen handelaar in bedrukt papier, maar iemand die leeft van en voor boeken, verhalen, wetenschap, kennis, historie, kunst. (…) De uitgever die bang is voor de afrekening gaat kiezen voor mainstream, voor waar vraag naar is. Goede kunst begint nooit bij vraag. Goede kunst begint bij persoonlijkheid en onafhankelijkheid, een idee, een behoefte.’ (p. 96/98). Ook Klaus Wagenbach, de Duitse uitgever die decennialang een bron van inspiratie was voor uitgeverij Cossee, legt de nadruk op deze aanpak: ‘Een uitgeverij van betekenis publiceert boeken die een lezer “moet” lezen, niet boeken die zij “willen’ lezen.’ (p. 120)
Commercie versus artistieke integriteit, daar komt het op aan: ‘Het gaat in het bedrijfsleven altijd om groei, winst en voortbestaan. En natuurlijk moet ook de kleine, zelfstandige uitgeverij risico’s zorgvuldig calculeren alvorens ze op te nemen, (…) maar de beslissingen worden toch vaker genomen vooraleer vanuit een ideaal, vanuit een roeping.’ (Iwan Droog, p. 33) Samen met journalist Marnix Verplancke, die erop wijst dat een en ander fout is beginnen lopen toen de commercieel verantwoordelijken van de uitgeverijen niet langer spraken over het uitgeven van een boek, maar wel van het “in de markt zetten” ervan, blijven we hopen ‘dat Cossee nog lang boeken mag uitgeven.’