Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.

Zoeken  Genre 

 TitelAuteurDatum
Moederkoren Paul Demets 04/11/2025
Paradijs. Een nieuwe versie van Philoctetes van Sophocles (vert. Nathalie Tabury & Gaea Schoeters) Kae Tempest 04/11/2025
Vergeving. Een filosofische verkenning (vert. Ellis Booi) Vladimir Jankélévitch 04/11/2025
Coba Ritsema. Oog voor kleur Maaike Rikhof, Hanna Klarenbeek en Jet Sloterdijk 04/11/2025
Windhandel. Ooggetuigen van vijfhonderd jaar speculatie, euforie en verlies op de internationale beurzen Maarten Biermans 04/11/2025
Mesopotamië. Roman (vert. Tatjana Daan) Olivier Guez 04/11/2025
De kronieken van de dood. Opstand en executies in de Nederlanden Isabel Casteels 04/11/2025
Aesopus. Op de slavenmarkt in de oudheid Christian Laes 04/11/2025
Voor altijd. Een zelfportret in brieven (vert. en inl. Vincent Hunink) Plinius 04/11/2025
in het wit Roderik Six 04/11/2025
Donas, Archipenko & La Section d’Or. Betoverend modernisme Peter J.H. Pauwels & Adriaan Gonnissen (red.) 04/11/2025
Engel van de blauwe stad Carmen van Geffen 04/11/2025
Al wat leeft. De grote en dodelijke wedloop om al het leven te kennen (vert. Edzard Krol) Jason Roberts 27/10/2025
Onmogelijk (ver. Annemart Pilon) Erri di Luca 27/10/2025
Abd. De geschiedenis van slavernij en slavenhandel in de islamitische wereld (vert. Brenda Mudde en Maarten van der Werf) Justin Marozzi 27/10/2025
Deshima. Het dagelijks leven op de Nederlandse handelspost in Japan Anne Sey 27/10/2025
De Hanze. Opkomst en ondergang van een machtig handelsverbond (vert. Ger Meesters) Dick Harrison 27/10/2025
Stad van water en licht. Amsterdam, een geschiedenis in kaarten Kester Freriks en Reinder Storm 27/10/2025
Brancusi – de geboorte van moderne sculptuur. Meesterwerken uit de collectie van Centre Pompidou Ariane Coulondre (red.) 27/10/2025
Altijd te paard Iris Pronk 27/10/2025
12345678910...Laatste

Emile Claus. Prins van het luminisme

Johan De Smet
Emile Claus. Prins van het luminisme
Hannibal, 2024, 224 blz., EUR 55,00
ISBN: 9789464941494

Honderd jaar geleden overleed Emile Claus, de schilder die als geen ander zonlicht over het Leielandschap strooide en van het landleven het zwaartepunt van zijn kunst maakte. In de oeuvrecatalogus ontleedt  kunsthistoricus Johan De Smet de picturale evolutie van Claus vanaf zijn academiejaren in Antwerpen, over zijn gloriejaren in Villa Zonneschijn, tot het wegdeemsteren van zijn roem na de Eerste Wereldoorlog. Van jaar tot jaar wordt nagegaan hoe de schilder van traditionele portretten en genretaferelen in een bruinig coloriet, via een door de Fransen geïnspireerd naturalisme, bij een persoonlijke interpretatie van het impressionisme uitkwam, dat door de Belgische kunstwereld tot “luminisme” gedoopt werd. 
Liet men zich vroeger soms laatdunkend uit over het zwichten van Claus voor het succes van zijn goed in de markt liggende kunst, die de landelijke idylle al te zonnig in beeld bracht, dan legt De Smet eerder de nadruk op Claus’ “lenigheid van geest”, diens levenslange en onvermoeibare geestdrift om zich te herbronnen en op zoek te gaan naar nieuwe uitdrukkingswijzen en motieven. Zijn uitgebreide netwerk en buitenlandse reizen hielden de schilder scherp voor de veranderende tijdsgeest, maar deden hem ook beseffen dat de Leiestreek rond Astene zijn uitgelezen biotoop was. In het zompige licht boven de meersen, in de met zon doorspikkelde dreven en met sneeuw bedekte landschappen, in de  lange schaduwen, de weerspiegelingen op het water en de kleuren van zijn tuin, vond Claus alles wat hij nodig had om zijn liefde voor de natuur te verbeelden. Toen hij omstreeks 1890 de winters in Parijs doorbracht schreef hij aan zijn vriend Albijn Van den Abeele dat zijn schilderijen hem “hier in Parijs menigmaal terugbrengen in ’t vette Vlaamsche land; daar alleen kan en wil ik borstelen”. Dat Claus oppervlakkig was en voorbijging aan de armoede van het landvolk klopt ook niet, zo blijkt uit getuigenissen van gulle schenkingen die hij deed. Claus wou echter geen aanklager zijn, maar een pleitbezorger van het platteland als oord van schoonheid, rust, eenvoud en respect. Toen hij in de oorlog naar Londen verhuisde was het voor hem als buitenmens dan ook niet eenvoudig om zijn draai te vinden, maar eenmaal gesetteld in een atelier met uitzicht op de Thames was hij weer gelanceerd voor ontelbare studies van licht en water, in het spoor van voorgangers als Turner en Monet. Veel aandacht besteedt De Smet ook aan Claus’ doordachte composities en hoe hij daarin groeide, naar zijn gedoseerd toepassen van de impressionistische stippen- en vlekkentechniek, naar het slim aanwenden van het tegenlicht en zijn bezetenheid omtrent de kwaliteit van de olieverf. Voor biografische anekdotes ben je in dit boek niet aan het juiste adres, maar des te meer voor een grondige doorlichting van Claus’ oeuvre. Details over zijn contacten, tentoonstellingen en reizen vind je in de biografie achteraan de catalogus. 
Na honderd jaar blijkt Claus een van de sterkhouders van de Belgische kunst te zijn en een die op geen enkele manier aan het zo graag aangehaalde “Belgische surrealisme” kan gekoppeld worden. Daarvoor was de man te veel opgetrokken uit de aarde en het water van de Leiestreek tussen Deinze en Gent. In een tijd waarin het landelijke steeds meer de plaats ruimt voor bebouwing, voeden Claus’ taferelen meer dan ooit het heimwee naar plekken waarin mens en natuur in symbiose leven.

[Sabine Alexander - 24/10/2024]