In de reeks treinverhalen ‘Spoorslag’ van uitgeverij Ambo/Anthos verschenen tot hiertoe 7 afleveringen. Met ‘Het Baltisch station’ van Thomas Heerma van Voss wordt een nieuw deeltje toegevoegd. Waarom Heerma van Voss ervoor kiest met de trein vanuit Amsterdam naar Tallinn, de hoofdstad van Estland, te reizen, heeft hiermee te maken: ‘deels voor het klimaat maar ook omdat ik van treinreizen houd, en omdat ik dan langs kan gaan bij mijn dierbare vriend Tom. Omdat ik wil zien hoe het landschap geleidelijk verandert. Omdat ik nooit lang in mijn eentje reis. En omdat ik iets wil doen wat ik niet eerder heb gedaan.’ (p. 14-15) De ontmoeting met Tom in Krakau en nadien in het dorpje Rzezawa maakt de herinnering levendig aan de tijd waarop zij beiden betrokken waren bij een hiphopforum. In Toms leven speelt het gemis, onder meer dat van zijn hond Karat, een belangrijke rol. Parallel aan dit gegeven raakt Heerma van Voss ook het gemis in zijn eigen leven aan, meer bepaald omdat hij zijn relatie met L. heeft beëindigd. Vandaar dat de lezer kan vermoeden dat zijn reis naar Tallinn ook een reis is om met zichzelf in het reine te komen. In rake bewoordingen roept Thomas Heerma van Voss de sfeer op van de lange treinreis, ook waar het het landschap betreft, de uitgestrektheid ervan: ‘Deze omgeving is niet buitengewoon, ze leent zich niet voor een overrompelende foto, maar ze is wel vervreemdend veel van hetzelfde, honderden kilometers achtereen.’ (p. 62) Finaal bereikt hij Tallinn, het einddoel van zijn reis, de plaats waar hij een jaar voordien ook met L. was, ‘ik weet nog niet hoelang ik op deze plek zal blijven, ik weet nog niet waar ik straks precies terecht zal komen. Maar ik loop zonder omkijken door.’ (p. 84)
Binnen de beperkte omvang van een 80-tal pagina’s weet Thomas Heerma van Voss in ‘Het Baltische station’ de beschrijving van uiterlijkheden (de stations, de weinige mensen met wie hij aan de praat raakt) te verbinden aan de suggestie van gemis dat hij zelf ervaart.